Bij Vivium Zorggroep Naarderheem nam directeur Marco Wisse een jaar geleden twintig Oekraïense vrouwen aan voor ondersteunende werkzaamheden. Na een jaar zijn er nog achttien in dienst. En de andere twee? “Die zijn terug naar Oekraïne”, vertelt Wisse. Het zegt veel over het succes waarmee deze groep aan de slag is gegaan. “Voor andere werkgevers biedt dit zeker kansen”, stelt hij. Het aannemen van Oekraïners is niet moeilijk. “Het is een kwestie van gewoon doen.”
Dat Vivium Zorggroep met de groep Oekraïense vrouwen in zee zou gaan, is eigenlijk toeval. Wisse beschouwt dat toeval inmiddels als een zegen. “We hebben de mensen hard nodig in de zorg. Het was voor ons het zetje dat we nodig hadden om ons werk anders te organiseren”, licht hij toe.
Iets meer dan een jaar geleden werd duidelijk dat de geplande nieuwbouw bij Naardenheem, waar revalidatiezorg wordt verleend, nog wat meer tijd nodig zou hebben. “Voor realisatie van de nieuwbouw moesten we de oude personeelshuisvesting gaan slopen. Dit gebouw, met 24 kamers met faciliteiten, waren we aan het leegruimen toen de oorlog in Oekraïne uitbrak. Omdat deze sloop nog wel zeker een jaar op zich liet wachten, hebben we het bij de gemeente aangeboden voor opvang van deze vluchtelingen.”
Werk
En zo huisvestte Vivium ineens een groep van twintig jonge vrouwen met kinderen. “In een heel veilige omgeving, want het was een gebouw in een gebouw, waar bezoekers altijd via de receptie naar binnen moesten.” Pas later volgde het plan om de vrouwen werk aan te bieden. “Omdat we ze in het restaurant bij de instelling zagen zitten. Je voelde de stress als er geen contact was met het thuisfront en je zag dat ze invulling van de dag misten. Daarop hebben we de gemeente gebeld of we ze geen werk konden aanbieden.”
Zo gezegd, zo gedaan. Uiteindelijk zette Vivium het aanbod uit bij een grotere groep Oekraïense vluchtelingen. “Zestig reacties kregen we, van wie we er uiteindelijk twintig hebben aangenomen.” Tien van hen waren bewoners van de voormalige personeelswoningen.
Niet ingewikkeld
Het aannemen bleek niet ingewikkeld. “De vrouwen hadden al een sofi-nummer en een bankrekening”, vat Wisse het samen. “Hun status was dus al helder. Daarmee is het echt niet ingewikkelder dan het aannemen van een Nederlandse werknemer. Voor Nederlandse medewerkers moet ik een verklaring omtrent gedrag vragen. Voor de Oekraïners kan dat niet. Daarbij houden we ons aan de intentie van de wet. Bij een Nederlandse werknemer moeten we een kopie van het identiteitsbewijs vragen, bij de Oekraïense vrouwen checken we of ze het O-document hebben, en melden we vervolgens bij het UWV dat we de persoon in kwestie in dienst nemen.”
De derde voorwaarde is een arbeidscontract. “Zoals bij iedereen.” Een werkvergunning hoef je dus niet aan te vragen. “Zodoende is het contracteren van deze groep veel makkelijker dan het aannemen van andere vluchtelingen, waarvoor toch meer beperkingen gelden.”
Inwerkprogramma
Op het moment dat duidelijk was dat de vrouwen aan de slag gingen, kwamen Wisse en zijn team meteen in actie om een inwerkprogramma op te tuigen. “We hebben ze de eerste twee weken heel intensief Nederlands geleerd met behulp van vrijwilligers, waarbij we oppasoma’s regelden voor de kinderen.”
Daarna volgde een traject waarin ze in vier weken de basiszorgvaardigheden kregen uitgelegd, zoals helpen met wassen en aankleden. “Na een week of zes konden we de vrouwen inzetten en was hun Nederlands voldoende om contact te maken en om de instructies te begrijpen.” Daarbij kwam het goed van pas dat een van de Oekraïense vrouwen in huis vloeiend Engels, Russisch en Oekraïens sprak. “De eerste maanden hebben we daar dankbaar gebruik van gemaakt. Ook de meeste van onze cliënten vonden het leuk om de vrouwen te helpen met hun taal. Inmiddels spreken de vrouwen voldoende Nederlands om goed te functioneren.”
Niet meer op zoek naar alle diploma’s
Vivium heeft als middelgrote zorgorganisatie achttien zorglocaties in de Gooi en Vechtstreek, met ongeveer 3.000 cliënten en evenveel medewerkers. Zoals overal in de zorg loopt de organisatie tegen de krapte op de arbeidsmarkt aan. Bij de locatie Naarderheem, waar revalidatiezorg wordt verleend, vormen de achttien Oekraïense vrouwen inmiddels tien procent van het personeelsbestand. “We zijn werk waar je geen zorgopleiding voor nodig hebt, gaan uitbesteden aan mensen met het hart op de goede plaats, zoals deze vrouwen. Door hun komst hebben we bewust gekozen voor differentiëring van het werk, waar we eerder toch bleven zoeken naar die verpleegkundige met alle diploma’s. Dit traject was een soort vliegwiel om het anders organiseren aan de gang te krijgen.”
De vrouwen hebben dus hun plek veroverd. “Wat ons heel erg opvalt, is dat deze mensen een arbeidsethos hebben dat wij haast niet meer kennen. Zij werken echt heel erg hard, koffiepauze in de tijd van de baas vinden ze vreemd. Ze zijn stipt op tijd, zelden of nooit ziek. We overwegen om begin 2024 een tweede cohort aan te nemen.” Daarnaast kijkt Wisse ook naar andere mensen met een status, die onderdak krijgen in een oud ziekenhuis in Blaricum waar Vivium ook zit. “Die willen we dolgraag ook werk gaan bieden.”
Keihard nodig
Voor andere werkgevers in de zorg heeft Wisse een duidelijke boodschap over het aanstellen van Oekraïense werknemers. “Je kunt honderd dingen bedenken waarom je het niet zou willen doen, maar is één goede reden om het wel te doen: we hebben die mensen keihard nodig in de zorg. Bij ons heeft het gevoel van urgentie wel geholpen. Onze bewoners hebben zorg nodig, deze groep wilde aan het werk en zinvolle dagbesteding hebben.”
Meer weten?
Bij onze veelgestelde vragen over het in dienst hebben van werknemers uit Oekraïne vind je alle regels overzichtelijk samengevat, met handige links naar onder andere Rijksoverheid en UWV.
- Oekraïeners die vallen onder de Richtlijn Tijdelijke Bescherming mogen werken na melding bij het UWV.
- ‘Derdelanders’; mensen die uit Oekraïne zijn gevlucht maar geen permanente Oekraïense verblijfsvergunning hebben, mogen in ieder geval tot en met eind december 2023 werken na melding bij het UWV. In de loop van januari doet de Raad van State uitspraak over hun rechten.
- Sommige derdelanders zijn medio 2023 een asielprocedure gestart. Asielzoekers mogen werken zodra zij zes maanden in de asielprocedure zitten. Let op: voor hen moet wél een werkvergunning worden aangevraagd. Er is sinds 29 november geen maximum aantal weken meer dat asielzoekers mogen werken.
FOTO RENATE BEENSE